in Taal

Het kip-en-eiprobleem laat zich met kipheelei gemakkelijk oplossen

Terwijl de familie aan de vla gaat, serveer ik mezelf een portie advocaat. Op het label van het flesje staat een knipogende boer (m) met pet en das. ‘Drank van eieren met alcohol, naturel, romig, 20 cl, 6 procent. Ambachtelijk bereid. Ingrediënten: kipheelei, inmaakbrandewijn, suiker, echte vanille.’

Kipheelei, wat is dat? Als het een heel ei van een kip is, waarom dan niet kippenei of ei? En waarom niet heelkipei of heel kippenei? Bestaat er ook kiphalfei? Eendheelei? In de Van Dale komt het niet voor. ‘Kipheelei lijkt een vergissing te zijn’, aldus het kakelverse AI-overzicht van Google. ‘De uitdrukking die je misschien bedoelt is kip-en-eiprobleem.’

Ik bel het nummer dat op het flesje staat. Het is eierlikeur, corrigeert een medewerker me, advocaat noem je het pas vanaf 14 procent. En kipheelei? ‘Misschien is dat nog van vroeger. Vond je het wel lekker?’ Op de website van een groothandel zie ik dat kipheelei in zakken van 10 kilo te koop is. Het is oranje, een infuuszak met geklutst ei. ‘Kipheelei wil zeggen dat het een mix is van eiwit en eigeel’, zegt een mevrouw van de groothandel. 10-kilozakken eigeel en eiwit verkopen ze ook.

De eieren in kipheelei zijn al ontdopt, ontschaald, gebroken, wat praktisch is in een fabriek, maar hoort de schil strikt genomen niet ook bij een kippenei? (Nee, een gepeld ei is nog steeds een ei.) Kipheelei is geklutst kippenei, een grondstof voor de voedingsindustrie, zoals voor ‘ambachtelijke’ likeur.

De producent kan me niet helpen de oorsprong van het woord te herleiden. Het wordt al gebruikt zo lang hij in het vak zit, en daarvoor waarschijnlijk ook al. Het kip-en-eiprobleem laat zich wel gemakkelijk oplossen: de kip was er eerder dan het kipheelei.

Geschreven voor de Volkskrant